Waarschijnlijk kun je zo redelijk snel 10 dingen opnoemen die je in jouw dagelijks leven stress geven. Vertraging in het OV als je haast hebt, een belangrijke presentatie of tentamen, een relatie die niet lekker loopt of een verkeersboete die je eigenlijk net niet kunt betalen. Geen levensbedreigende situaties. Althans, niet direct. Dit staat niet in verhouding met wat we 1000 jaar geleden als stressvol zouden omschrijven. Namelijk een hongerig roofdier die met een kwijlende bek zijn pas richting jou versnelt. Dat was stress van een heel andere orde. Kortdurende stress, waarna je (als je het overleefd had) kon herstellen en weer lekker je ding kon doen. Hongerige roofdieren zijn al lang niet meer onze primaire bron van stress. Tijden zijn veranderd. De wereld is veranderd. Wij zijn veranderd. Maar wat betekenen deze veranderingen nou eigenlijk, voor de manier waarop wij stress ervaren, verwerken en misschien nog wel belangrijker: hoe we van stress herstellen?
Prikkel overkill
De wereld is veranderd, maar op een bizar snel tempo. En dit is nog steeds aan de gang. De wereld wordt steeds complexer, met meer en meer prikkels en continu aanwezige informatiestromen. Onze hersenen kunnen dit tempo van verandering, of ontwikkeling, eigenlijk niet bijbenen en zijn dus (nog) niet gemaakt om deze enorme hoeveelheid aan prikkels te verwerken. We worden overvraagd en dit geeft stress. Al deze prikkels en informatiestromen zetten ons namelijk aan. We alle prikkels niet alleen waar maar maken ook een inschatting in wat we er van vinden en wat we er mee moeten. Dit vraagt inspanning en alertheid. En dat is goed, maar dit kunnen we niet onafgebroken doen en daar gaat het wel naartoe. Hierdoor herstellen we te weinig. Nog even voor de duidelijkheid: we herstellen wanneer er weinig prikkels zijn en we niet alert hoeven te zijn. Wandelend in de natuur (zonder roofdieren), of chillend op de bank (zonder dat een horror film of gewoon het nieuws aan staat) bijvoorbeeld.
Kuddedieren
Een ander belangrijk punt wat betreft het ervaren van stress gaat over, hedendaags misschien wel de belangrijkste bron van stress: sociale interacties. Vanuit de evolutieleer is goed te verklaren dat dit zo’n belangrijke bron is; we zijn per slot van rekening kuddedieren en hadden in de prehistorie, maar ook zeker nu, veel meer kans om te overleven in een groep. Het is voor ons dus essentieel om bij een groep te horen en niet buitengesloten te worden. Hier doen we dan ook voortdurend ons best voor. We willen aardig gevonden worden en vooral ook voorkomen dat we afgewezen of buitengesloten worden. In sociale interacties en in relaties zijn we continu alert (daar is ie weer) op mogelijke signalen van kritiek, afwijzing of buitensluiting. Deze alertheid verhoogt ons stress niveau en bij mogelijke aanwijzingen voor kritiek, afwijzing of buitensluiting, al dan niet ten onrechte, is het helemaal standje paniek.
Onderaan de sociale media ladder
De laatste decennia heeft de online wereld, met zijn ontelbare sociale platformen, communities en apps, hier nog een enorme schep bovenop gedaan. De online wereld waar weer net andere, impliciete en expliciete, sociale normen gelden. Want wat betekent het als iemand je appjes wel gelezen heeft maar een halve dag niet reageert? Vind diegene dat wat je zegt stom, heeft ie geen zin in je of is ie gewoon druk en geen tijd gehad om te reageren? Al deze gedachten die dan heel waarschijnlijk door je hoofd spoken geven stress. En dit gaat dan nog maar over 1 Whatsapp interactie. Denk ook aan het, na lang twijfelen, posten van een selfie op je Instagram post en vervolgens maar 3 likes krijgen en dit je instant het gevoel geeft onderaan de sociale (media)ladder te staan. Terwijl, wat betekent dit gegeven nou daadwerkelijk?
Lachen is gezond
Uiteraard is het andersom ook zo; positieve sociale interacties laden ons op en werken stress verlagend. Denk maar aan een gezellig avondje borrelen en lachen met vrienden, een goed gesprek met je vader of een lief complimentje (via whatsapp) van je collega. En welke interacties of settings dit precies zijn, dat verschilt per persoon. Waar de één helemaal goed gaat op een verkleedfeest met collega’s is dit de anders nachtmerrie. Ga daarom vooral ook bij jezelf na welke interacties voor jou stress geven en welke juist herstellend, of stress verlagend, werken.
“Uit” staan is lekker gaan
Stress heeft dus in belangrijke mate te maken met een overkill aan prikkels en sociale interacties. We staan te veel “aan” en hebben te weinig tijd en ruimte om te verwerken en te herstellen. Het klinkt simpel, maar dat is het uiteraard niet. Hoe paradoxaal het ook klinkt, maar hedendaags zijn we genoodzaakt om actief op zoek te gaan naar rust, ontspanning en herstel. Even “uit” gaan lijkt bijna onmogelijk, maar is toch echt essentieel voor onze (mentale) gezondheid.